Door Femke Gietema & Tanja Heslinga
In onze eerdere artikelen van 26 september 2019 en 19 september 2019 hebben we uitleg gegeven over de stikstofkwestie en het advies van de commissie-Remkes. Inmiddels heeft politiek Den Haag gereageerd met de manier waarop zij dit probleem naar eigen zeggen snel en zorgvuldig wil oplossen.
Het kabinet heeft aangegeven op drie punten de stikstofproblematiek te willen aanpakken. Dit betreft (1) het verminderen van de uitstoot en neerslag van stikstof (2) het herstellen van de natuur en (3) het weer op gang brengen van de vergunningverlening.
Het kabinet wil samen met de provincies voor een gebiedsgerichte aanpak kiezen. Ze wil per gebied effectief (bron)maatregelen in kaart brengen en uitvoeren. Hiervoor is door het kabinet aangegeven dat zij bereid is extra financiële middelen te reserveren. Ook wil zij dat overheden meer mogelijkheden krijgen om toestemming te verlenen voor de uitvoering van diverse projecten. Ten slotte verkent het kabinet daarnaast of aan het einde van dit jaar een drempelwaarde kan worden ingevoerd en wordt aangegeven dat salderen binnenkort weer mogelijk is.
Op het advies van de commissie-Remkes kwam er veel commentaar uit onder meer de bouwsector en de agrarische sector. Vanuit de agrarische sector kwam het grote boerenprotest op gang, wat ervoor heeft gezorgd dat op het Malieveld in Den Haag op 1 oktober 2019 een massale demonstratie plaatsvond. Vanuit de bouwsector is aangegeven dat zij geen directe mogelijkheden zien om de vergunningverlening weer goed op gang te brengen naar aanleiding van het advies van de commissie Remkes. Vanuit de bouwsector is meerdere keren aangegeven dat het nodig is dat er een spoedwet komt.
Vergunningverlening
Het kabinet geeft nu aan in een publicatie van 4 oktober 2019 dat zij de urgentie ziet om snel stappen te zetten om de toestemmingverlening door de overheden voor projecten en activiteiten weer verder te kunnen hervatten. Als er geen sprake is van stikstofdepositie, heeft een initiatiefnemer ook geen vergunning nodig in het kader van de Wet Natuurbescherming. De AERIUS-calculator maakt dit inzichtelijk, aldus het kabinet. Op onder meer deze berekening, maar ook de algemene rekenmethode achter de stikstofcijfers, is veel commentaar gekomen van bijvoorbeeld de landbouwsector. De Tweede Kamer heeft nu van minister Schouten van Landbouw geëist dat zij openbaar maakt hoe de rekenmethode achter de stikstofcijfers exact werkt. Met name agrariërs hebben al jarenlang twijfels over de correctheid van de rekenmethode en klagen over een gebrek aan transparantie hierover.
Gebiedsgerichte aanpak
Zoals gezegd heeft het kabinet met de provincies gekozen voor een gebiedsgerichte aanpak om bij de bron de problemen op te lossen. De keuze hiervoor ligt er met name in dat de herkomst van de stikstofdepositie flink per regio en gebied verschilt. Dit vraagt natuurlijk om verschillende aanpakken. Voornamelijk wordt door het kabinet ook gedoeld op de vrijwillige en warme sanering van boerenbedrijven, investeringen in innovaties voor boeren die willen blijven en gerichte snelheidsverlagingen daar waar het stikstofeffect daadwerkelijk zal plaatsvinden. Dit wordt aldus per gebied c.q. regio bekeken, in samenwerking met de diverse provincies. Er zijn echter ook al diverse provincies die hebben aangegeven zelf geen extra budget vrij te zullen maken voor deze voornoemde oplossingen.
Conclusie
De reactie van het kabinet op het rapport van de commissie-Remkes is kort door de bocht en de vraag is hoe effectief dit de problemen zal oplossen.
Snelheidsverlagingen kunnen redelijk eenvoudig worden doorgevoerd. Maar het opnieuw op gang brengen van de vergunningverlening voor diverse projecten en activiteiten is lastig. Het kabinet geeft aan dat uit de AERIUS-calculator moet blijken of iemand een vergunning nodig heeft vanwege stikstofdepositie. Daarnaast kunnen de diverse projecten volgens het kabinet kijken of intern of extern salderen of de zogenaamde ADC-toets mogelijkheden bieden om de vergunningaanvraag te onderbouwen. Maar om de ADC-toets succesvol te kunnen doorlopen moet er sprake zijn van het ontbreken van alternatieven, een dwingende reden van openbaar belang en moet de schade aan de natuur gecompenseerd worden. Dit is natuurlijk een toets die niet snel succesvol wordt doorstaan.
Sommige nieuwe projecten hebben slechts een tijdelijke stikstofdepositie. Bijvoorbeeld bouwprojecten waar de stikstofdepositie enkel en alleen voortkomt uit het daadwerkelijke bouwproces c.q. aan- en afvoeren van materialen etc. Voor zulke projecten kan wellicht een vergunning verleend worden als er geen belangrijke negatieve effecten op Natura 2000 gebieden zijn. Dit moet dan wel blijken uit een ecologische toets. De drempelwaarde voor stikstofdepositie voor 2020 wordt door het kabinet nog nader verkend.
Het kabinet vindt dat het vergunningenproces voor veel (kleine) activiteiten weer in gang kan worden gezet. De vraag is echter hoe realistisch dit daadwerkelijk is. Er wordt wel heel gemakkelijk gedaan over de te doorlopen ADC-toets, ecologische toets of AERIUS-calculator. De reacties vanuit de bouwsector zijn in die zin dan ook wel veelzeggend. Zij verwachten er weinig van. Het is afwachten wat er exact uit de achterliggende berekeningen komt van de AERIUS-calculator en algemene stikstof berekeningen van het RIVM om te kijken of de cijfers en berekeningen ook daadwerkelijk kloppen.
Kortom, het advies van de commissie-Remkes geeft oplossingen op korte termijn. Het kabinet heeft hier direct op gereageerd. Net zoals de bouwsector en de agrarische sector, stellen wij ons echter de vraag of deze oplossingen wel daadwerkelijk zo effectief zijn als door het kabinet en de commissie-Remkes worden gesteld. Dat moet nog maar blijken. Zeker is wel dat het grote stikstofprobleem er niet door wordt opgelost. Het is afwachten wat de commissie-Remkes volgend jaar in haar nieuwe rapport opneemt over advisering voor maatregelen voor de lange termijn.
Zal dan in dit rapport ook de luchtvaart aan bod komen? Constant wordt gesteld dat er geen taboes zijn omtrent het stikstofverhaal. Maar zodra het woord ‘luchtvaart’ en de vliegvelden Schiphol en Lelystad genoemd worden, blijft het vanuit het kabinet angstvallig stil.
We wachten het maar weer af.
Agrarisch Recht Bouwrecht
Bestuursrecht Contractenrecht