Dit is deel 3 in een serie van vier blogs. Hier vind je links naar het eerste blog en het tweede blog.
Kennismaking en overleg bank
Op donderdag 1 november 2018 hebben wij een gesprek met de bank en haar advocaten om kennis te maken en te overleggen. Hoe staat de bank ten opzichte van het faillissement en de afwikkeling daarvan, maar ook hoe sta ik daar als curator in. De insteek die gezamenlijk wordt gekozen is de scheepswerf openhouden en onderzoeken of de schepen voor de Engelse opdrachtgever kunnen worden afgebouwd.
Bespreking op de Zuidas
Op de Amsterdamse Zuidas zijn de grote internationale advocatenkantoren gevestigd. Daar vindt op maandag een bespreking plaats tussen de Engelse opdrachtgever, de bank en de curator. Na uitgebreid overleg is de uitkomst dat in een periode van vier weken onderzocht wordt of er een partij te vinden is die een doorstart kan maken met de scheepswerf en de twee casco’s voor de Engelse opdrachtgever kan afbouwen.
De daarop volgende weken wordt een dataroom ingericht en worden diverse partijen benaderd. Uiteindelijk leggen twee partijen een voorstel neer bij zowel de Engelse opdrachtgever als de bank. Bijna dagelijks ben ik op de scheepswerf en wekelijks houden wij de werknemers op de hoogte van de ontwikkelingen.
Spijtig genoeg wordt begin december 2018 duidelijk dat er geen overeenstemming kan worden bereikt tussen de Engelse opdrachtgever, de bank en de partijen die mogelijk de casco’s gaan afbouwen. Op dinsdag 16 december 2018 is de laatste werkdag van de werknemers bij Barkmeijer.
Positie werknemers bij faillissement
Een goed moment om aandacht te besteden aan de positie van werknemers bij een faillissement. Zoals aangegeven in mijn blog van vorige week, is de eerste taak van de curator in mijn visie kennismaken met de werknemers en proberen ze – ondanks het faillissement – toch te motiveren aan de slag te blijven. Een curator kan immers niet zonder de mensen die de onderneming laten draaien en hem van informatie voorzien.
De curator moet zo snel mogelijk na het uitspreken van een faillissement de arbeidscontracten van de werknemers opzeggen. Daarbij geldt dezelfde opzegtermijn als bij een gewoon ontslag. De werknemers zijn tijdens deze opzegtermijn in dienst bij de curator. De lengte van de opzegtermijn kan verschillen. Bij Barkmeijer gaat het om erg lange dienstverbanden en de opzegtermijn is daardoor zes weken.
Voor het personeel organiseer ik ook altijd een bijeenkomst met het UWV. Er is dan een medewerker van het UWV aanwezig om te helpen bij het invullen van allerlei formulieren. Deze formulieren zijn nodig om eventueel achterstallig loon te krijgen, maar ook het loon als wordt doorgewerkt in de opzegtermijn tijdens het faillissement En natuurlijk aansluitend daarop in sommige gevallen een ww-uitkering.
Nu terug naar het faillissement van Barkmeijer. De Engelse opdrachtgever heeft afgezien van de afbouw van de schepen, wat nu? In de berichtgeving steekt alweer de kop op dat een doorstart mislukt is, mede nu de werf is gesloten. Volgende week laat ik weten hoe er toch een doorstart komt.